Twee onderzoekers van het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC) – Maartje Nielsen van Klinische Genetica en Niels de Wind van Humane Genetica – krijgen samen bijna een half miljoen euro van de Maag Lever Darm Stichting voor hun onderzoek naar het Lynch syndroom, de meest voorkomende vorm van erfelijke darmkanker.

Het Lynch syndroom ontstaat doordat foutjes die bij celdeling in het DNA optreden niet gecorrigeerd worden. Een van de reparatiegenen die dat zou moeten doen functioneert niet. Een verhoogde kans op kanker, vooral van dikke darmkanker en baarmoederkanker, is het gevolg. Maar niet elke mutatie verhoogt de kans op kanker even sterk en sommige mutaties zijn zelfs volkomen onschuldig.

Minder belastend
Artsen kennen al een aantal Lynch-mutaties in de reparatiegenen die de kans op tumoren behoorlijk verhogen. “De meeste families met deze mutaties zijn bekend en familieleden krijgen intensieve controle aangeboden: vanaf de leeftijd van 25 jaar elke twee jaar darmonderzoek. Als we kanker vroeg ontdekken, is die meestal goed te behandelen”, zegt Maartje Nielsen (Klinische Genetica). “Maar er zijn ook mutaties die de kans op kanker minder sterk verhogen. Het gaat dan om de Lynch-genen MSH6 en PMS2. De meeste dragers worden niet ziek, zodat families met deze mutaties niet opvallen. Zij zouden wel gebaat zijn bij extra controle.”

Dankzij het bevolkingsonderzoek naar erfelijke darmkanker komen ook families met deze minder ernstige Lynch-mutaties nu steeds vaker in beeld. Nielsen: “We onderzoeken, samen met Erasmus MC, hoeveel kans dragers van MSH6 op kanker hebben, zoals we dat eerder hebben gedaan voor PMS2. Omdat die kans minder groot is, gaan we ook na of een minder intensieve controle volstaat. Dat zou minder belastend zijn.”

Onschuldige mutaties
Naast risico verhogende mutaties kunnen de reparatiegenen ook onschuldige mutaties bevatten, vertelt Niels de Wind (Humane Genetica). “Als een patiënt met kanker een mutatie in een reparatiegen blijkt te hebben, is het lang niet altijd duidelijk of die mutatie de kans op kanker vergroot. Het kan ook een onschuldige mutatie zijn die niets met de ziekte te maken heeft. Voor de zekerheid krijgen al zijn familieleden dan toch te maken met intensieve controle. Dat geeft onrust, terwijl er misschien geen sprake is van Lynch syndroom. Wij hebben een reageerbuistest ontwikkeld waarmee we binnen een week schadelijke van onschuldige mutaties kunnen onderscheiden. We kunnen met de subsidie deze test verder ontwikkelen om die geschikt te maken voor gebruik bij patiënten.”

Meer informatie over behandeling en onderzoek naar Lynch syndroom in het LUMC.

Bron: LUMC