Kenniskring infectiepreventie

Workshop FMT Academy: infectiepreventie vereist de hoogst maatschappelijke urgentie

Infecties kunnen levens kosten en veel leed veroorzaken. Maatregelen voor probleemoplossing, omzetderving en reputatieschade maken van infectieproblematiek bovendien een substantiële kostenpost. Redenen genoeg om in een workshop van FMT Academy uitgebreid aandacht te besteden aan preventiestrategieën. Dat gebeurde op 28 juni j.l. aan de Technische Universiteit in Eindhoven. Een geslaagde bijeenkomst die zeker tot een vervolg zal leiden

Goed infectiepreventiebeleid beslaat het hele OROBO-traject (ontwerp – realisatie – oplevering – beheer – onderhoud) zo betoogde Hugo Huiskamp (directeur Classified Rooms, besmettinsgpreventie-deskundige). In zijn recent verschenen boek ‘Besmettingspreventie in de gezondheidszorg’ presenteert hij een risico-analysemodel voor de belangrijkste risico’s in de drie themavelden ‘gebouw & voorzieningen’, ‘materialen, leveringen & diensten’ en ‘persoonlijke hygiëne en gedrag’.

Genezen vaak geen optie

Biomedicus Chris Arts (associated professor Biomedische Technologie, Technische Universiteit Eindhoven) nam de deelnemers mee in de geschiedenis van infectieproblematiek. Hij bespreekt prothese-infecties als casus. Een door bacteriën geproduceerde biofilm op de prothese is heel moeilijk te infiltreren door antibiotica. “Binnen een dag na OK is de race gelopen”, vertelt Arts. “En de gevolgen voor de patiënt zijn vaak desastreus: ingrijpende heroperaties met het risico dat amputatie nog de enige optie is. Deze infectieproblematiek kan zelfs de dood tot gevolg hebben.” In het vervolg van zijn inleiding gaat Arts in op het maatschappelijke probleem van de antibioticaresistentie. Nederland en de Scandinavische landen scoren relatief nog gunstig, maar ook voor deze landen geldt het gevaar van het kort cyclisch worden van antibiotica. Arts laat zien wanneer de belangrijke antibiotica geïntroduceerd werden en wanneer er vervolgens resistentie optrad. Zijn tijdlijn toont onverbiddelijk dat het steeds korter duurt voordat een antibioticum door resistentie wordt ingehaald. Een zeer bedreigende situatie, stelt Arts. “Je dreigt altijd met lege handen te komen staan en vanwege de korte levenscyclus van een middel wordt het voor de farmaceutische industrie steeds minder aantrekkelijk om er grootschalig in te investeren.” Arts verwacht dat infectieproblematiek in de komende decennia cardiovasculaire doodsoorzaken zal gaan overstijgen.

In control zijn

Omdat we aan de oplossingskant uit onze mogelijkheden raken heeft infectiepreventie dus de hoogste maatschappelijke urgentie. En dat houdt in dat we in control moeten zijn, is de boodschap van Roberto Traversari (senior adviseur TNO) en andere sprekers. “Met een kwaliteitsmanagementsysteem en risico-inventarisaties reduceer je de kans dat infectie kan optreden, en de schade als het tóch gebeurt. Hij is ervan overtuigd dat analyse en aanpassing van werkprocessen de belangrijkste wapens zijn in de strijd tegen infectierisico’s. “De bronsterkte van aerogene contaminatie in een OK kan vaak nog een eind teruggebracht worden door je werkprocessen beter op orde te brengen. Onnodig overleg, inloop van mensen; onderzoek leert dat een aanzienlijk deel van de deurbewegingen vermijdbaar is. Ook is verspreiding van micro-organismen te reduceren met goede kleding en naleving van hygiëneprotocollen. Het zijn dingen die iedereen weet, maar de praktijk is evengoed dat er nog veel te winnen is; denk aan het uitbannen van korte mouwen en V-halzen in OK-kleding. En uiteraard zetten we naast die proces- en gedragsaanpassingen maatregelen voor goede luchtbehandelingssystemen in om vervuilde lucht te verdunnen en te verdringen.”

Parallellen

In de inleidingen van Remko Noor (senior consultant RHDHV) en André van Tongeren (manager IMI Aero-Dynamiek) kwamen de volgende parallellen naar voren. Consultant Remko Noor en manager-technicus André van Tongeren onderschrijven beide de noodzaak om scherp zicht te houden op processen en doelen. Zij benadrukken dat dat breder getrokken moet worden dan alleen de OK. Een ziekenhuis is een complex systeem, een gebouw met veel mensen, een grote diversiteit aan functies en doelen die er gerealiseerd moeten worden. Wat zijn ruimtes en situaties waarin contaminaties kunnen ontstaan die in een infectie kunnen uitmonden? De CSA en de bereidingsapotheek zijn evenzeer ruimtes die cruciaal zijn voor infectiepreventie. De hele context van het ziekenhuis moet in beeld blijven. Noor: “Als je wél nauwgezet de hygiëne van je instrumentarium bewaakt, maar je verliest uit het oog dat bijna iedereen een smerig mobieltje bij zich draagt, dan verlies je alsnog de controle.”

André van Tongeren: “Er zijn best veel ‘oude’ ziekenhuizen in Nederland, die vaak in delen worden gemoderniseerd. Als zo’n verbouwing te zeer losstaat van de rest van het ziekenhuis, dan blijkt achteraf vaak dat het deelontwerp wel klopt, maar dat het gebouw als geheel toch niet optimaal functioneert.”

Gebouwprestaties

De ontwerper en de toekomstige gebruikers van een gebouw, een afdeling of gebruiksruimte moeten afstemmen welke prestaties verwacht worden van het ontwerp. Remko Noor: “Er zit vaak een spanningsveld tussen functionaliteit en uitstraling. Een healing environment is écht van belang, maar het moet ook schoon te maken zijn. Hier zit een belangrijk verschil tussen ziekenhuizen en clean rooms van bedrijven. Materiaalgebruik en schoonmaak in een ziekenhuis en bij ASML bijvoorbeeld, dat zijn echt totaal verschillende werelden. Je kunt niet met een ziekenhuis omgaan als een controleerbare productieomgeving, maar je kunt er wel van leren.” In de ontwerpfase moet van elk materiaal duidelijk zijn hoe je het reinigt, hoe het reageert op een schoonmaakmiddel, welke eisen het stelt aan de schoonmaak en de schoonmaker.

Gedrag

Er zijn meer sprekers die opperen dat de gezondheidszorg kan leren van de high tech industrie. Het bredere palet aan gebruiksdoelen is niet de enige oorzaak dat clean rooms van bedrijven nauwgezetter worden vrijgehouden van infecties. Gedrag en cultuur zijn logischerwijs ook verschillend. Interflow-directeur Alex Jansen: “Je moet niet willen dat de culturen van de zorg en de industrie dezelfde zouden worden, maar dat betekent niet dat je in alle verschillen moet berusten. Bij een high tech-bedrijf is élk stofdeeltje bedreigend, omdat het in de structuur van een microprocessor wordt gebrand. Dat leidt tot vérgaande disciplinering in de hygiëne die moet worden nageleefd, en ook tot bruikbare intelligente toepassingen zoals interactieve spiegels met reminders van protocollen over handhygiëne in bewegend beeld.

Nog een industrietak die de zorg vooruit kan helpen: de luchtvaart. En dan vooral als het gaat om het aanspreekgedrag van professionals onderling. In de luchtvaart is vooral het aanspreken door de hiërarchische lagen heen een onderwerp van aandacht geweest. De stappen die gezet zijn om de cultuur te verbeteren zijn goed leermateriaal voor de zorg.

Ontwerpproces

Alex Jansen: “Een goed intuïtief ontwerp van een geclassificeerde ruimte is specialistenwerk, waarbij continu met een BIM-model afstemming plaatsvindt tussen ontwerper en gebruikers.” André van Tongeren “Een ontwerpproces moet wel ruimte laten voor maatwerk op basis van die continue BIM-afstemming. Nieuwbouw of verbouw wordt vaak projectmatig aangepakt, en zo’n project wordt gedefinieerd door tijd, geld en kwaliteit. Tijd en geld staan vaak vast, dus dan komt de druk op kwaliteit te staan.” Quadrance-directeur Patrick Lammers hekelt de focus op uitgaven in de ontwerp- en realisatiefase, terwijl risicobeheersing door goed onderhoud op termijn natuurlijk kosten beheerst en bespaart. Minder strak op uitgaven focussen betekent niet per definitie dat er duurder gebouwd of verbouwd wordt. Lammers: “Ik zie steeds meer panelen met informatie over technische installaties op plaatsen waar mensen primair met andere dingen bezig moeten zijn. Minder toeters en bellen in de OK, is mijn devies. Laat het aan techneuten in een regiekamer over om de installaties te monitoren.

De workshop werd door dagvoorzitter Peter Karsman afgesloten met een interessante discussie over de vraag of de voordelen die te behalen zijn door steeds hogere eisen aan de techniek te stellen, wel renderen als de gedragscomponent in relatie tot infectiepreventie niet of onvoldoende wordt meegenomen. Alle inleiders zijn van mening dat het een groot maatschappelijk probleem gaat worden dat dit ook op de radar van bestuurders moet komen, gezien het onnodige menselijk leed en het (landelijke) kostenaspect van € 42.000.000,- op jaarbasis.

Fotobijschrift: Paneldiscussie vlnr: Patrick Lammers, Chris Arts, André van Tongeren, Alex Jansen, Roberto Traversari, Remko Noor, Hugo Huiskamp en Peter Karsman.

Tekst: Dietske van der Brugge

Bron: FMT Geondheidszorg